Eind goed al goed | Panamericana

16-01-2012

Na de eerste etappe in Colombia volgen er nog 3, naar de stad Kali, Medellin en als klap op de vuurpijl Cartagena. De eerste 2 steden worden vaak in 1 adem genoemd met de cocaine kartels en toen we na een lange dag rijden in Kali aaankwamen, en na het eten nog even een frisse neus wilde halen, stonden er ineens allemaal grote Amerikaanse oldtimers voor het hotel. Johan was nog in de parkeergarage wat aan onze auto aan het prutsen en met andere volvo rijders de dag aan het doornemen, toen ik buiten al in gesprek was met de trotse eigenaren van de Colombiaanse oldtimerclub. Even later zat ik in een enorme auto en zoefde door de straten van Kali. Het werd steeds donkerder en schemeriger en met nog een paar andere Volvorijders, die ook aan boord waren gestapt, begonnen we ons toch af te vragen waar de reis heenging. In een duistere straat stopten we voor een paar stalen deuren en werden we in een enorme hal binnengeleid. Verbaasd aanschouwden we een enorme prive verzameling van ongeveer 30 juwelen van auto's, allemaal spic en span en in lagen boven elkaar. Na wat foto's genomen te hebben, zijn we met alle egards in een open plymouth weer teruggegleden naar ons hotel. Zou dit het gevoel zijn van een drugsbaron ... eigenlijk best lekker.

Volgende dagen doorgereden naar Medellin en onderweg werden 2 van onze medereizigers, door een grote vrachtwagen van de weg gedrukt, nadat ze eerst een tijdje meegesleurd waren. Hobby van de vrachtwagenchauffeurs die aan de velgen van de voorwielen enorme dolkachtige uitsteeksels schroeven, zoals bij de halsbanden van bulldogs en pitbulls. Het ging om het team, dat door ons liefkozend "de kanaries" wordt genoemd omdat ze beiden elke dag met een gele overal in hun gele racemonster zitten. Detail is dat de bestuurders Melchior en Gijs(je) heten. Melchior is een van de wijzen uit het Oosten en laat ik nu op 3 koningen jarig zijn en Gijs heten. Toeval is uitgesloten al weet ik het diepere verband nog niet. Wel zijn we de laatste dagen extra voorzichtig geweest met het inhalen van vrachtwagens, hetgeen tijdens de reis door ons tot een ware kunst was verheven.

Uiteindelijk 'Cartagena by night' bereikt, natuurlijk van de verkeerde kant binnengereden, na weer eens een verkeerde afslag genomen te hebben. Toen we onszelf uiteindelijk klem reden in wat waarschijnlijk een hoerenbuurt was en de toestand erg dreigend begon te worden, waren we het zo zat dat we een taxi aanhielden die voor ons uit zou rijden naar het Hilton Hotel. De man bedacht zich geen seconde en scheurde voor ons uit en we werden keurig voor een ander hotel afgezet, dat helemaal geen Hilton was, maar waarschijnlijk van een kennis, die ons bezwoer, dat het veel goedkoper was. De taxichauffeur, die toch begreep dat zijn eigen omzet zou dalen, bracht ons uiteindelijk naar het goede adres. Nadat we elkaar in de armen waren gevallen en Truusje uitvoerig geknuffeld hadden, voelden we de vermoeidheid van de reis pas en een beginnend besef, wat we eigenlijk voor krankzinnig avontuur hadden overleefd.

Truusje mag als dank op een cruisse naar Rotterdam of Zeebrugge, waar ze in februari hoopt aan te komen. We zullen haar persoonlijk verwelkomen. Met tranen in de ogen namen we afscheid van onze Truus, die toch 18.0000 km onder de bandjes heeft weggereden. Er zat werkelijk geen enkel profiel meer op. Verder had ze de laatste week ook nog een verzakking opgelopen, aangezien de ringpessaria van de kardan-as waren uitgerekt door de kraters in de weg. Maar voor ons kan Truusje nooit meer stuk ...
Eind goed, al goed !!!